Hoe kunnen we onze inheemse fauna beschermen als we enkel naar Vlaanderen blijven kijken? Precies daarom trekt Vogelbescherming Vlaanderen ook mee de kar in tal van Europese dossiers. Initiatieven op verschillende niveaus zijn broodnodig om onze fauna zo goed mogelijk kansen te bieden.
Glyfosaat
Het allesvernietigende goedje is sinds 6 oktober 2018 al verboden in België voor alle consumenten, zowel gebruik als verkoop … behalve voor industriële toepassingen, lees ‘landbouw’. Jaarlijks verschijnen geel-oranje velden in ons landschap, een teken dat alle opgeschoten wilde akkerplanten een behandeling hebben gekregen met glyfosaat, onkruidbestrijding op industriële schaal en in 6e versnelling! Nadien gaat de ploeg erdoor, verdwijnen ze onder de grond en is de akker klaar om te worden ingezaaid met het teeltgewas. Dat is het logische gevolg van intensivering: hoe groter de akker, hoe gevoeliger ze zijn aan ziektes of vraatschade van insecten die in zulke monoculturen vrij spel krijgen. Glyfosaat is dan een van die middelen die monoculturen ‘gezond’ moeten houden zodat een hoge opbrengst op het einde van het teeltseizoen overeind blijft. Nochtans zijn er tal van preventieve en gezondere alternatieven.
Ondertussen ligt het gebruik van glyfosaat hoe langer hoe meer onder vuur vanuit verschillende sectoren (natuur-, landbouw-, gezondheidsorganisaties). Europa zal op 13 oktober moeten beslissen of de lidstaten nog een verlengd gebruik krijgen tot 2033. Voor micro-organismen, bodemdieren, insectenlarven, zaadetende vogels, … in water, bodem en in onze eigen lichamen (gezonde darmbacteriën en een verband met de ziekte van Parkinson bijvoorbeeld) is al aangetoond dat glyfosaat (on)rechtstreekse negatieve effecten veroorzaken, zo schreven we ook afgelopen week in Knack.
Maar eerst moeten de Vlaamse, Brusselse en Waalse afgevaardigde ministers een Belgische standpunt innemen: ja of nee voor 10 jaar langer glyfosaatgebruik, ja of nee voor een gezondere leefomgeving voor onze wilde dieren. Vanuit Vogelbescherming Vlaanderen stemmen we in tal van open brieven, samen met andere organisaties, alvast tegen.
Natuurherstelwet
Op naar de volgende ronde: de Natuurherstelwet (of beter nog, Natuurhersteloplossing) wordt in de week van 6 oktober 2023 opnieuw onder de loep gehouden. Om een ommezwaai te maken in onze benadering van onze natuur en de bijhorende biodiversiteit is het hoog tijd dat overgaan tot actie om onze leefomgeving terug te herstellen: een gezonde natuur vormt de basis waarin wij wonen, werken, leven en waarin onze wilde dieren ook hun plaats vinden.
Nu het Europees Parlement op 12 juli 2023 een voorstel voor de Natuurherstelwet had gesteund, zullen de Europese Commissie, de Europese Raad (met daarin de natuur- en milieuministers van de lidstaten) én het Europese Parlement onderhandelen over hoe de wet eruit zal gaan zien. Die zogenaamde ‘trialoog’, het overleg tussen deze drie partijen over de Natuurherstelwet, is al van start gegaan en zal op 6 oktober een tweede ronde ingaan.
Om ervoor te zorgen dat die gesprekken daadwerkelijk gaan over het herstel van velen (in plaats van de politieke verkiezingsagenda van enkelen) bundelen we vanuit Vogelbescherming Vlaanderen met onze collega-organisaties de krachten in dit gemeenschappelijk schrijven.
Veenherstel
Een belangrijk onderdeel van de Natuurherstelwet is een herstel van oude veengebieden, die vroeger ten voordele van intensieve landbouw kunstmatig zijn droog gelegd. Tachtig jaar geleden leek dat een goed idee maar vandaag de dag zien we dat zulke gebieden essentieel zijn in onze aanpassing naar een grilliger klimaat met nattere winters en kurkdroge lentes en zomers. We zette het water naar onze hand maar dat water houden we liefst te vriend. Ontwaterde veengronden in landbouwgebruik moeten daarom hersteld worden: 30% tegen 2030 (waarvan minstens een kwart vernat is), 50% tegen 2040 (min. helft vernat) en 70% tegen 2050 (min. helft vernat).
Maar op 12 juli is het bovenstaande, tevens gans het artikel 9 in verband met herstel van landbouwnatuur, volledig geschrapt! Dit is een bijzonder gemiste kans omdat landbouw net een van de grootste landgebruikers in Europa is. Veenherstel is nochtans een ‘quick win’ voor onze klimaatdoelstellingen én onze fauna. Veenpakketten doen dienst als CO2-spons omdat ze organisch materiaal zoals afgestorven planten traag afbreekt en dus het broeikasgas lang vasthouden. Voorwaarde is dan wel dat het veen nat is en blijft. Dat was een van de conclusies op de voorbije Veenconferentie in Antwerpen. Voor onze fauna zijn gezonde veengebieden een bron van rijkdom. Het beste bewijs daarvan ligt in de Limburgse Zwarte Beekvallei. Voor het derde jaar op rij was de vallei goed voor een volgende generatie Europese kraanvogels. Het feit dat dit broedkoppel jaar na jaar terugkeren om een nest te maken, wil zeggen dat de omstandigheden helemaal naar wens zijn. Kraanvogels hebben grote natte beekvalleien nodig en veel rust.
Daarom dat Vogelbescherming Vlaanderen samen met de meer dan 500 aanwezige internationale experts een tekst ondertekende die onze Europese ministers op 6 oktober bij de les moeten houden: “Als we onze klimaat- en biodiversteitsdoelstellingen willen halen, zullen we onze veengebieden moeten beschermen, vernatten en herstellen. Veenherstel moet daarom opnieuw opgenomen worden in de Europese Natuurherstelwet”.