Om te mogen jagen, moet je:
Iedere eigenaar van een stuk grond bezit automatisch het jachtrecht op dat perceel. Als eigenaar kan je dat jachtrecht zélf uitoefenen óf doorgeven aan een jager, een jagersgroep of een wildbeheereenheid.
De meeste eigenaars maken geen gebruik van hun jachtrecht. Vroeger werd een jachtrecht hoofdzakelijk doorgegeven of verpacht via een mondelinge overeenkomst, dit noemen we vandaag ‘historische inkleuringen’.
Het aaneengesloten geheel van gronden of percelen waar een jager jachtrecht heeft, is het zogenaamde ‘jachtterrein’.
De voorbije decennia werd Vlaanderen stilaan één groot jachtterrein waarbij alle transparantie verloren is gegaan.
Als aan bepaalde regels voldaan is zoals beschreven in artikel 8 van het Jachtdecreet van 1991 mag er in Vlaanderen met een aantal middelen (bv: een wapen, een roofvogel of een fret) op een beperkt aantal soorten gejaagd worden. Het meest gekende middel om te jagen is het vuurwapen.
Om met een vuurwapen te mogen jagen, moet een jager beschikken over ten minste 40 ha aaneengesloten jachtterrein.
Wanneer is een terrein niet aaneengesloten?
Vlaanderen is versnipperd. Daarom is het voor jagers niet eenvoudig om aan die minimale oppervlakte van 40 ha te komen. En dus werden heel wat percelen zonder medeweten van de betrokken eigenaar ‘historisch’ ingekleurd als jachtterrein.
Veel historische inkleuringen gebeurden (lang) vóór 2014 zonder of via een mondelinge overeenkomst met de eigenaar. Ze werden jaarlijks stilzwijgend hernieuwd en bij een verkoop wordt de info over het jachtterrein niet meegegeven.
Het gros van de eigenaars was zich er tot voor enkele jaren maar zelden van bewust dat er een jachtplan gelinkt was aan hun grond. Bovendien was het complex en weinig toegankelijk om deze info te checken. Het ging hier niet alleen om tuinen, maar zelfs om volledige dorpskernen, begraafplaatsen, sport- en schoolterreinen of openbare domeinen.
Opgelet! In de praktijk jaagt men uiteraard zelden op deze extra percelen, dat is vaak ook verboden (cfr. artikel 7 van het Jachtdecreet 1991). Ze dienen louter om aan de wettelijke aaneengesloten 40 ha jachtterrein te komen.