25 maart 2025
In 1958 was de slechtvlak uitgestorven in Vlaanderen. Het is dankzij de inspanningen van het F.I.R. dat de soort na bijna 40 jaar afwezigheid is teruggekeerd en dat ze het vandaag goed stelt.
Parende slechtvalken (foto: F.I.R.)
Eind jaren 60 belandde de slechtvalk, net als veel andere roofvogelsoorten, op de rand van uitsterven – in West-Europa was slechts 5 procent van het aantal in de jaren 50 overgebleven. Ook elders in de wereld – de soort komt vrijwel wereldwijd voor – was het aantal slechtvalken gekelderd. Dit door invloeden van de mens, zoals habitatvermindering, vervolging en de intensieve toepassing van de insecticide dichloordifenyltrichloorethaan (DDT). Deze stof was bedoeld om insecten te doden, maar leidde bij roofvogels tot slecht ontwikkelde eieren – die of braken of niet uitkwamen – en tot sterfte onder vogels.
In 1958 was de slechtvlak uitgestorven in Vlaanderen. Het is dankzij de inspanningen van het Fonds voor de Instandhouding van de Roofvogels (F.I.R.) dat de soort na bijna 40 jaar afwezigheid is teruggekeerd en dat ze het vandaag goed stelt.
In 1996 zag een slechtvalkkuiken voor het eerst sinds de verdwijning van de soort het levenslicht. Het kwam ter wereld in een speciale nestkast die het F.I.R. had geplaatst op een hoogte van 80 meter tegen de koeltoren van Doel IV. De jonge slechtvalk werd op 7 juni 1996 tijdens een druk bijgewoonde persconferentie geringd en markeerde de terugkeer van de slechtvalk.
Het F.I.R. zette haar acties verder door het installeren van nestkasten op koeltorens en rookschouwen, nadien ook op hoge constructies zoals kathedralen, watertorens en flatgebouwen. Tegenwoordig nestelen meer en meer paren zich zelfs op ‘natuurlijke’ locaties.