4 maart 2024
De rechtbank heeft een man veroordeeld die illegaal meer dan 450 (wilde) dieren thuis in zeer slechte omstandigheden gevangen hield.
De rechtbank van Oudenaarde heeft een man veroordeeld die illegaal meer dan 450 (wilde) dieren thuis in zeer slechte omstandigheden gevangen hield. In totaal werden 118 CITES-soorten (waaronder enkele uilen zoals kerkuil en bosuil, Japanse nachtegaal, zomertortel en citroenkuifkaketoe), 134 illegaal gehouden inheemse soorten (o.a. ortolaan, veldleeuwerik, raaf, appelvink en putter) en een groot aantal schildpadden waaronder enkele invasieve exoten bij de man aangetroffen.
De veroordeelde is al decennia betrokken bij illegale dierenhandel, fraudeerde op grote schaal met ringen en doelde op geldgewin. Zo werd er een grote som cash geld bij hem thuis aangetroffen, zogezegd om te investeren in nieuwe kooien, terwijl hij werkloos is. Hij schoof alle verantwoordelijkheid van zich af, zei dat hij handelde uit dierenliefde en vergeleek zich met een postzegelverzamelaar die zo veel mogelijk soorten wil hebben.
De man kreeg een gevangenisstraf van 8 maanden (waarvan 4 voorwaardelijk), een samengestelde geldboete van € 40.000, de verbeurdverklaring van alle (CITES)-vogels, een levenslang verbod tot het houden van dieren en een publieke herstelvergoeding van € 68.545.
Aan Vogelbescherming Vlaanderen werd een schadevergoeding en rechtsplegingsvergoeding toegekend.
Naast een persoonlijke geldboete moet de veroordeelde dus een herstelvergoeding betalen voor de geleden schade aan de natuur. Er werd € 180.000 geëist, maar de rechter legde het bedrag vast op € 68.545. Bij de berekening hield hij enkel rekening met de gestorven dieren of dieren die werden ondergebracht in een asiel. In totaal 70 van de 212 vogels (goed voor 43 verschillende soorten). De overige 142 vogels konden worden vrijgelaten. De compensatie geldt ook enkel voor de dieren waarvan het vaststaat dat de beklaagde natuurschade heeft veroorzaakt.
Vogelbescherming Vlaanderen stelde zich burgerlijke partij in de zaak en is opgetogen dat de man een zware veroordeling kreeg.
Free Van Rompaey, juridisch medewerker: “Naast een gevangenisstraf en een boete is het belangrijk dat de rechtbank oog heeft voor de effectieve schade die toegebracht werd aan de natuur en biodiversiteit door de beschermde soorten te onttrekken aan het wild en zo hun voortbestaan in gevaar te brengen. Het is de eerste keer dat de natuurcompensatieschade zo hoog berekend werd, maar het gaat dan ook om een grote hoeveelheid wilde soorten. Enkel effectieve gevangenisstraffen en hoge boetes kunnen dit soort praktijken voor eens en voor altijd uit de wereld helpen.”
De veroordeelde kan nog hoger beroep aantekenen tegen zijn straf.
De man was gekend als vogelhouder. Reeds in 2007 en 2010 vonden controles plaats en werden inbreuken vastgesteld. De dieren hadden vaak noch eten noch drinken, waren erg vuil of misvormd en werden in onaangepaste, onhygiënische kooien gehuisvest, vaak permanent in het donker (o.a. kraaiachtigen).
Verschillende controles bij zijn thuis in Maarkedal, de Vlaamse Ardennen, bleven zonder resultaat omdat hij niet thuis was. Tot juni 2021. Toen vond een gecoördineerde actie plaats door natuurinspecteurs van Agentschap Natuur en Bos (ANB), CITES-inspecteurs, inspecteurs van dierenwelzijn en de politie. Dat ging gepaard met verbale en fysieke dreigementen door de man én provocatief gedrag. Zo kneep hij een heggenmus dood tijdens de actie.
Free Van Rompaey: “Een strenge handhaving en controle van de Europese wetgeving over vogels en hun habitat is cruciaal om dit soort misdrijven uit de wereld te helpen en vormt bijgevolg één van de prioriteiten in de EU-biodiversiteitstrategie 2030. De rechter oordeelde dat misdrijven als deze afbreuk doen aan de biodiversiteit en het natuurlijk erfgoed en dus als een ernstige vorm van criminaliteit moeten beschouwd worden.”
Het groot aantal CITES-soorten maakt deze zaak extra opmerkelijk. CITES-soorten vallen onder de bescherming van de ‘Convention on International Trade in Endangered Species of Wild Fauna and Flora’ en mogen daarom niet verhandeld worden. Houders van CITES-soorten moeten steeds documenten van afkomst, certificaten en in- en uitvoervergunningen kunnen voorleggen. Op die manier roept de conventie een halt toe aan de afname of het uitsterven van in het wild voorkomende soorten.
In deze zaak bleek de veroordeelde niet in het bezit van de nodige documenten.
Foto’s: veldleeuwerik © Yves Adams – Vilda, kerkuil © Ed van de Reek, putter © Marcin Mierzejewski – Shutterstock
Vanaf € 26 per jaar help je onze inheemse wilde soorten beschermen. En daar krijg je veel voor terug.
Steun ons