2 mei 2025
In 2025 is de ekster onze Vogel van het Jaar. Daarom zoomen we dit jaar extra in op de bestrijding van kraaiachtigen in Vlaanderen en de moeilijkheden die er in dat verband nog steeds zijn. We pleiten voor een betere bescherming van de ekster en andere kraaiachtigen en daarom zijn we opgetogen met de discussie die vorige week plaatsvond tijdens de Commissie Dierenwelzijn van het Vlaams Parlement.
Daar werd uitvoerig gedebatteerd over de bestrijding van kraaiachtigen en het gebruik van levende lokdieren daarbij, naar aanleiding van een parlementaire vraag van Kris Verduyckt van Vooruit. De discussie bracht enkele opvallende uitspraken aan het licht over de nood aan een meer diervriendelijke en doordachte aanpak.
Minister van Dierenwelzijn Ben Weyts onderstreepte dat “voor een duurzame aanpak meer onderzoek nodig is, met de nadruk op een preventieve aanpak en een geïntegreerd beheer.” Daarmee wordt duidelijk dat het beleid wil evolueren naar alternatieven die zowel ecologisch als ethisch meer verantwoord zijn.
"Voor een duurzame aanpak is meer onderzoek nodig, met de nadruk op een preventieve aanpak en een geïntegreerd beheer." - minister Ben Weyts
Er werd ook verwezen naar een recente beleidswijziging waarbij bestrijdingsaanvragenaan strengere voorwaarden wordt onderworpen. “De aanpak vandaag is verscherpt: preventieve bestrijding van kraaiachtigen wordt enkel en alleen nog toegelaten in het kader van het voorkomen van schade aan maïs- en fruitteelt”, stelt minister Weyts.
Tot slot werd gewezen op het belang van innovatie en effectiviteit: “Met andere technieken kunnen we zorgen voor meer effectiviteit en efficiëntie op het vlak van het vrijwaren van gewassen en winst boeken op het vlak van dierenwelzijn.” De uitspraken geven aan dat het Vlaams dierenwelzijnsbeleid stilaan ook naar het welzijn van wilde dieren kijkt, een terechte evolutie.
Wij vragen minister Brouns, die bevoegd is voor het voorkomen van schade door wilde dieren, om aan de slag te gaan met de wijze woorden van minister Weyts. “Bestrijding wordt veelal reactief toegepast, namelijk wanneer er schade wordt vastgesteld. Dan pas gaat men ingrijpen, wat het natuurlijk moeilijk maakt om de effectiviteit te meten. Bovendien lijken lokale populaties zich snel te herstellen, waardoor het effect van afschot eerder tijdelijk is en van weinig invloed op de algemene populatietrend. Voor een duurzame aanpak is meer onderzoek nodig, met de nadruk op een preventieve aanpak en een geïntegreerd beheer.”