Vogels voederen in de winter. Onze tips.

10 december 2024

Vogels worden niet lui van vetbollen. Dik evenmin. De energie die ze verbruiken vergt wat van hun spijsvertering. Een beetje hulp daarbij is geen verwennerij. Maar wat moet je nog weten over vogelvoer?

Vogels voederen in de winter. Onze tips.

Collega June deelde haar tips en kennis over het voederen van vogels met journaliste An Olaerts van De Standaard. Het artikel verscheen in de weekendkrant van 7 december 2024.

Verschillen van 50 graden overbruggen

Vogels hebben een lichaamstemperatuur van meer dan 40 graden. ’s Winters moeten ze soms verschillen van 50 graden overbruggen, zeker ’s nachts. Slapend bij vorst kunnen vogels tot 10 procent van hun gewicht verliezen. Zelfs als ze hun veren opzetten, kop en pootjes intrekken en hun temperatuur tot 30 à 35 graden laten zakken om energie te sparen. Overdag moeten ze dan extra eten om de energievoorraad aan te vullen.

Vliegmanoeuvres

“Een koolmees weegt 17 gram. Hij eet alle dagen zoveel als hij weegt”, aldus June Heene, bioloog bij Vogelbescherming Vlaanderen. “Kleine vogeltjes hebben proportioneel een groot lichaamsoppervlak. Hoe kleiner het vogeltje hoe groter het warmteverlies. Zangvogeltjes moeten kortom meer eten om hun temperatuur op peil te houden. Ter vergelijking, roofvogels eten per dag maar 25 procent van hun lichaamsgewicht. Op een voedertafel tref je ze zelden aan. Tenzij om een zangvogeltje te op te eten. Zorg daarom voor beschutting in de buurt van je voedertafel, zodat vogeltjes kunnen schuilen voor de kat van de buren of een hongerige sperwer. Zet je vogelhuisjes bij struiken en takken waarin vogels zich kunnen verbergen.”

Tweede grote slokop inzake energie is vliegen. “Om te kunnen vliegen hebben vogels extreem grote spieren”, zegt June Heene. “Hun spiermassa neemt tot wel 43 procent in van hun totale lichaam. Die in beweging krijgen kost veel energie. Kleine zangvogeltjes zijn bovendien bijzonder wendbaar. Ze maken veel vliegmanoeuvres en slaan permanent met hun vleugels om in de lucht te blijven.”

Slim genoeg

Het gevaar dat vogeltjes te dik worden van vetbollen in de tuin is onbestaand. Je hoeft niet te vrezen voor verwennerijen. Een gedekte voedertafel maakt vogels niet lui. “Zodra het kouder wordt gaan zangvogeltjes op zoek naar pleisterplaatsen waar ze eten kunnen vinden. Als je ze nu begint te voeren kun je in de winter alvast op stamgasten rekenen. Vogels wennen snel aan een makkelijke voedselbron. Ze onthouden de plek en komen zeker terug. Als er ineens geen voedsel meer ligt, zijn ze misschien eventjes in de war, maar zoeken ze gewoon verder. Vogels foerageren de hele dag door. Ook als er vetbollen hangen.”

Vogels zijn slim genoeg om hun eigen dieet te bewaken, maar broodkruimels, rijst en kaaskorstjes zijn verboden. “Brood en rijst zwellen op hun de maag van vogels. Het vermindert het hongergevoel, maar heeft onvoldoende voedingswaarde”, benadrukt Heene. “Overigens bevat brood, net zoals kaas, zout. Wetenschappelijk is niet helemaal duidelijk of vogels kunnen proeven. Ze hebben waarschijnlijk wel smaakpapillen, maar de smaak van zout kennen ze vermoedelijk niet, waardoor ze van zout voedsel blijven eten. Ook spekranden of gezouten pinda’s zijn om die reden een slecht idee. Het verstoort de spijsvertering, soms met fatale afloop.”

Kraaien

Belangrijker dan de smaken op de voedertafel is de variatie. “Vogels hebben geen voorkeur voor een merk van vetbollen omdat die beter smaken”, zegt Heene. “Het verschil zit hem in de variatie. Een mix van verschillende zaden doet het altijd beter. Het voordeel van zelfgemaakte vetbollen is dat je zelf de samenstelling bepaalt. Gebruik dierlijk vet en een mengsel van inheemse, biologische zaden, zodat de vogels geen pesticiden binnenkrijgen. Denk aan zonnebloempitten, graszaden, maïszaden, pindasnoeren, ongekookte haver en gedroogde meelwormen voor roodborstjes en winterkoninkjes. Merels, zanglijsters en spreeuwen houden van appelschillen, bessen en rozijnen. Spechten en boomklevers hebben het voor pinda’s en vetbollen.”

Als je vetbollen koopt, let dan minstens op de vervaldatum. Want vetbollen blijven niet eeuwig goed. Ze kunnen beschimmelen, waardoor vogels er niet van zullen eten. Mijd verder plastic netjes waar vogels soms met hun pootje verstrikt in raken. Vetbollen ophangen met een touwtje, zorgt ervoor dat kauwen, kraaien en duiven er niet van kunnen eten. Die vogels houden er niet van om wiebelachtig te moeten balanceren. Ze pikken liever eten op een vaste ondergrond. “Om ervoor te zorgen dat grote vogels niet met het voer van de kleintjes gaan lopen kun je er een kooitje overheen zetten met openingen waar alleen zangvogels doorheen kunnen”, raadt Heene aan. “Kraaien zijn alleseters. Daar ontsnap je niet aan. Eksters waarschuwen kleine vogeltjes vaak zelfs voor gevaar, bijvoorbeeld een kat die op de loer ligt. Ze zijn dus ook nuttig in je tuin. Een gevarieerde voedertafel trekt een gevarieerd publiek aan. Alleen viseters en steltlopers laten zich niet voederen.”

Te mijden op de voederplank

  • Margarine/ boter/ plantaardige olie: werken laxerend
  • Kaaskorsten: te zout, vogels kunnen geen zout proeven waardoor ze ervan blijven eten
  • Brood: zwelt op in hun buik, het stilt het hongergevoel, maar bevat te weinig voedingsstoffen
  • Pinda’s en vetbollen van maart tot september: leidt tot laag lichaamsgewicht bij jonge vogels, die eiwitten nodig hebben in plaats van vetten
  • Kanariezaad: bevat exotische zaden die inheemse vogels niet kennen
  • Rijst en kokosvlees: weinig voedzaam, voorzaken verstopping
  • Water bij strenge vorst: ook niet warm en zeker niet gezouten of gesuikerd, wel een schaaltje dat regelmatig schoongemaakt wordt
  • Vetbollen van vorig jaar: zijn mogelijk beschimmeld

Vuistregels voor de voedertafel

Geef vogels één of twee keer per dag te eten. Zorg voor een gevarieerd aanbod zonder zout of exotische ingrediënten. Strooi niet te veel. Een voedertafel moet ’s avonds leeg zijn om geen ratten of muizen aan te trekken. Houd een voedertafel ook schoon. Drukbezochte vogelhuisjes zijn vaak een bron van ziektekiemen. Een beetje aandacht voor hygiëne is nodig om de verspreiding van vogelziekten tegen te gaan.

 

Foto © Vivara

Word lid en steun ons

Vanaf € 26 per jaar help je onze inheemse wilde soorten beschermen. En daar krijg je veel voor terug.Steun ons

Schrijf je in op onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte